Weten & Tech

Fijnstof is het nieuwe communisme

01-12-2012 11:08

Fijnstof. Tien jaar geleden had niemand er van gehoord. Maar inmiddels is iedereen doodsbang voor fijnstof. Fijnstof is uitgegroeid tot zo’n beetje de grootste vijand van uw en mijn geluk. Hoe dat komt? Heel eenvoudig. Wetenschappers houden van meten. En fijnstof kunnen we sinds kort meten. En fijnstof zit overal, dus dat kun je overal meten. En wetenschappers houden van schokkende ontdekkingen. Dus combineren ze hun fijnstofmetingen met zo veel gegevens over allerlei vreselijke kwalen, in de hoop een angstwekkende correlatie te vinden. En dat lukt gelukkig regelmatig. Fijn is dat! Dat levert geheid publicaties op. En media-aandacht.

Deze week had de universiteit van Southern California beet. Onderzoekers aldaar hebben een correlatie ontdekt tussen de concentraties fijnstof en stikstofdioxide in de lucht, en het aantal gevallen van autisme in de lokale kleuterklas. Meer fijnstof in de lucht, een pietsie meer autistjes in de buurt. Hoe dat kan? Niemand die het weet. Er is geen enkele reden om te vermoeden dat zulke atmosferische vervuilingen iets met neurale ontsporing te maken hebben. Maar ja, wat geeft dat nou? De correlatie bestaat! En de publicatie nu ook!

Kinderlongetjes
Fijnstof is al jaren een buitengewoon dankbaar onderwerp. Vorige week maakten Amerikaanse gerontologen tijdens een conferentie bekend dat ze een correlatie hadden gezien tussen fijnstof en cognitieve vermogens bij ouderen. Stof maakt dommig, zo lijkt het. In oktober meldden Zweedse onderzoekers een correlatie tussen fijnstof veroorzaakt door verkeer, en de capaciteit van de kinderlongetjes in de omgeving. (Kijk, wie weet zit daar een causaal verband. Maar dicht bij de snelweg wonen duidt helaas op niet op een hoog inkomen, en dus ook niet op een sterke familiaire gezondheid.)

In september beschuldigden Franse onderzoekers fijnstof van het veroorzaken van een gebrek aan vitamine D bij pasgeborenen. In juni meldden onderzoekers in Tel Aviv een correlatie tussen fijnstof en chronische hartkwalen. In april van dit jaar meldde de universiteit van Harvard dat fijnstof in de lucht correleert met een grotere kans op hart- en longklachten, terwijl de Britten tot hun schrik ontdekten dat er een verband leek te zijn tussen fijnstof en een vroege dood. En in New Jersey zagen ze op dat moment een verband tussen luchtvervuiling, de weerstand en tuberculose. In februari, tot slot, was ‘fijnstof geeft hartaanvallen’ wereldnieuws. Tot zo ver een bescheiden greep uit de publicaties over fijnstof van alleen maar het afgelopen jaar. U begrijpt, fijnstof is guilty as hell. Aan bijna alles. Punt uit.

Uitsluitsel
Ach, het zijn maar correlaties, denkt u. Vandaag wereldnieuws, en morgen pakken we er de vis mee in. Ook deze week waren de deskundigen er weer als de kippen bij om te benadrukken dat het ‘maar’ een correlatie betreft, dat ouders met autistische kinderen geen aanklacht kunnen indienen bij Rijkswaterstaat maar dat vervolgonderzoek eerst ‘uitsluitsel’ moet brengen. Voor de goede orde: dat uitsluitsel, dat krijgen we dus nooit.

Dit soort onderzoek zaait uitsluitend verwarring, en daar komen we nooit meer van af. De komende maanden zullen heel wat onderzoeksgroepen dit onderzoek proberen te repliceren, en het resultaat van die inspanning laat zich raden: onderzoekers die niks vinden, krijgen hun cijfers nauwelijks gepubliceerd, want zoiets is niet spannend, en voor de vakbladen dus geen nieuws. Onderzoekers die dezelfde correlatie wél vinden (wellicht pas na een hoop geschuif met grenzen en parameters – maar je moet wàt!) mogen hun cijfertjes daarentegen als ‘bewijs’ presenteren. En in geval van twijfel, als iemand wijst op de laden vol ongepubliceerde negatieve resultaten, dan is er straks ongetwijfeld een actiegroep ‘Verse lucht voor autisme’ die met oprecht gespeelde boosheid perfect weet te verklaren waarom onderzoekers die niks vinden, slechte onderzoekers zijn. En de actiegroep wijst uiteraard óók op de berg onderzoek waaruit steeds opnieuw blijkt: fijnstof is schuldig. Aan alles. Overal.

De ‘strijd’ tegen de fijnstof kost momenteel al kapitalen – en wie weet is een deel daarvan zowaar nuttig besteed. Maar het is nog maar het begin. De ware angst, de echte geldsmijterij, moet nog komen.