Graffiti: in Watou heet het kunst, in Merchtem vandalisme

15-08-2013 16:32

In Merchtem (voor de Hollandse lezers: provincie Vlaams-Brabant, nabij Brussel) heeft burgemeester Eddie De Block (Open VLD) hoogst persoonlijk de jacht geopend op auteurs van graffiti, aangebracht op speeltuigen van zijn speelplein Ten Anckere. En met succes: een 12-jarig meisje werd bij de lurven gevat en na overleg met mama gesommeerd om de opschriften zelf te verwijderen. Tegennatuurlijke handelingen dus, door een griezelpotentaat opgedrongen aan een prille tiener, en met toestemming van de moeder? Neen, in Merchtem wordt het als vandalisme gecatalogeerd, vallende onder de overlastwetgeving. Mag Anja (fictieve naam) even blij zijn dat ze er met een werkstraf vanaf komt, en niet met een opname in een instelling voor jeugdige delinquenten.

Zozo, vandalisme. Bekijken we even de foto, dan wordt duidelijk dat er hier eigenlijk van vandalisme of vernielzucht niet eens sprake is: het gaat gewoon om inscripties, nu ja, iets tussen literatuur en street art. Dat laatste is dan weer een benaming voor de hobby van excellente lui die wél opschriften her en der mogen aanbrengen en er nog voor betaald worden ook.

In Brussel loopt er zo’n gebrevetteerde straatschilder rond, namelijk Vincent Glowinski, beter bekend als Bonom. Ooit deed hij hetzelfde als Anja: de publieke ruimte van een handtekening voorzien, van het type: “al wie dit leest is zot”. Maar sinds de politie hem betrapte en Bonom weer gewoon Vincent werd, maakt hij nu schilderijtjes in opdracht en fatsoeneert muren voor rekening van de overheid, om de lelijkheid van de stad te camoufleren. Meteen hebben we een treffende definitie van Kunst (met hoofdletter) bij de hand: Kunst ontstaat daar, waar vandalisme getransformeerd wordt tot decoratie. Het is maar hoe je het bekijkt. Bezondigden de sjofele kladpotters in de grotten van Altamira zich na een mislukte jacht ooit aan beschadiging van publiek meubilair om hun frustratie te botvieren, dan worden ze nu in alle boeken als oerkunstenaars opgevoerd. U mag de grotten zelfs niet meer in, uit schrik dat uw adem hun konterfeitsels zou beschadigen. Overlast!

Zero-tolerance en clandestiniteit

Maar terug naar Anja en haar oefeningen met zwarte stift, die binnen 10.000 jaar misschien ook beschermde kijkstukken zouden kunnen zijn, ware het niet dat de nijvere burgemeester De Block er anders over besliste. Eerlijk, ik wou dat ik een dochter had die op haar twaalfde een tuig op zo’n stom gemeentelijk speelplein als canvas gebruikt voor een literair experiment. En zelfs had ze dat ding in de fik gestoken, dan had ik het nog als een politiek statement willen zien, zoals die andere Anja met haar hamburgertenten. Nu kan ik enkel hopen dat meer kinderen van de joints afblijven en naar de stift grijpen. Zich niet enkel aan goedkoop bier bezatten in de jeugdhuizen, maar ook  schrijven, dichten, schilderen, en dan liefst via ondergrondse media en zonder permissie. Het Merchtemse gemeentebestuur moet dus vooral géén borden ter beschikking stellen van aankomende graffitisten: het is net de clandestiniteit die creatief talent aanscherpt en autonome ruimtes uittekent. Het verbod en zijn overtreding maken inherent deel uit van de publieke performance, gezien als kat-en-muis-spel met het systeem.

Dat heb ik al in het lang en het breed uiteengezet in het mini-essay “Tussen verbod en genot – de onverwachtse voordelen van Zero-tolerance”, waarvan ik u de volgende quote niet wil onthouden:

“…Laat dus 1000 berispende vingers opstijgen: ze zullen met evenveel opgeheven middenvingers beantwoord worden. Hoe meer overlastreglementen, des te meer men ze kan overtreden: de Zero-tolerance creëert méér kritische massa, méér subversieve verbeelding, méér autonomie.”

Conclusie: Eddie De Block is goed bezig, en stoute Anja nog veel meer. Boze vaders en laffe moeders vormen de perfecte basis voor een carrière van rebel m/v. Het is maar te hopen dat ze de juiste lessen trekt uit het verhaal, en niet vervalt in het brave maniërisme van de reguliere kunst, die overal (al dan niet virtuele) museale ruimtes afbakent en de kunstenaar in kwestie van een aureool en badge voorziet. Terwijl hij intrinsiek een voortvluchtige moet blijven, iemand die een merkteken nalaat en dan weer verdwijnt. Net duidelijk genoeg om de boodschap en het signatuur te lezen, maar nooit ergens lang genoeg vertoevend om gesnapt te worden. Zorro, in een contradans met de zero-tolerance!

Afdroomproducten

Ik kan hier niet genoeg mijn minachting uitdrukken voor de woord- en andere kunst die zich ophoudt in toegelaten exhibitieruimtes, artistieke gedoogzones en museale reservaten. Jaarlijks kan men zich in Watou, een gat aan de Franse grens, vergapen aan kruisbestuivingen tussen beeldende kunst en poëzie. Dichtkunst alomtegenwoordig en onvermijdelijk, de trajecten zijn voorgetekend. Zowat elk huis, elk café, elke muur, elke stal, elke koe draagt een diepzinnig opschrift met het imprimatur van de vzw, waarachter overheidssubisides en een hele klad sponsors schuilgaan. De perfecte synergie van kunstambachten en alternatief toerisme. Welke ernstige dichter wil hier nu voor gek staan? Velen dus, het is echt dringen.

Kunst is dus onernstig geworden, het is een spel zonder inzet, op plekken waar het mag. In de limiet is elk boek, elke gedrukte dichtbundel, een aspect van die recuperatie. Het literaire circuit, de media en de uitgeverswereld houden zich bezig met het legitieme, sociaal en politiek aanvaardbare, en artistiek wederom verpakte afdroomproduct. Literatuur als slaapmiddel, kunst als verpozing.

In dat opzicht vormen de pretentieloze opschriften met zwarte stift, op die akelige groene wand in Merchtem, een echte verademing. Net te oud om op een schommel te zitten, aan de drempel van de puberteit, markeert ze een overgang. Niks kunstendorp of nacht-van-de-poëzie of literatuurprijs van dit of dat. Gewoon doen, schrijven en verdwijnen. “Anja was hier”, en is nu weer elders, en zo steeds verder, hopelijk de parkwachters steeds een stap voor.

Johan Sanctorum  is een Vlaams blogger en publicist. Deze column verscheen eerder op zijn weblog.